De kleine romaanse kerk eertijds werd door het steeds groeiende aantal gelovigen talrijke malen vergroot met zijbeuken, koor en aangebouwde zijkapellen. Voor verschillende verbouwingen werd Lediaanse steen gebruikt, hier gedolven in de streek van Overimpe.

In 1581 werd de kerk in brand gestoken door de geuzen. Dankzij de grote financiële inbreng van Jan de Bette herrees de kerk uit haar as. In 1598 werden de werken voltooid en kreeg de westgevel zijn 4 cijferankers.

In 1871 werd de toren opgebouwd en voorzien van een balustrade met 8 pinakels en 8 waterspuwers. Lede heeft één van de weinige kerken met boven op de toren een balustrade. Men moet weten dat zulk een bouwwerk wat meer uitstraling geeft dan een gewone "dakgoot" en aldus een zeker symbool van rijkdom weergeeft.

Deze rijkdom moet toch wel een beetje toegeschreven worden aan de massale toeloop van bedevaarders de tijd van toen.
Of heeft het iets te maken met de spotnaam "de Leedse Hovaardige Boeren" …?

Negen grafzerken van voorname en/of adellijke personen uit de 18de en 19de eeuw werden geplaatst aan de zuidelijke muren van de O.L.Vrouwbeuk en de sacristie.

Terug naar onze kerk en zijn toren. De toren heeft een hoogte van 28m54, daarbovenop de spits van 17 meter plus het kruis van 3 meter.

De restauratiewerken aan de toren, de buitenmuren en het dak hadden plaats in 1994 en 1995. Het interieur kreeg een grondige renovatiebeurt in 2008.

De glasramen zijn geplaatst in de periode van 1857 tot 1863. In het hoogkoor staan 2 grote prachtige glasramen: Sint-Martinus, de patroon-heilige van onze kerk en O.L.V. van Smarten. De 12 apostelen versieren de zijbeuken.